Er bestaat geen eenduidige definitie van BIM: iedereen bekijkt dit concept op zijn eigen manier, al naargelang de mogelijkheden en voordelen die het hun te bieden heeft. Zo gaat BIM voor sommigen uitsluitend over het modelleren van gebouwen om vanuit deze 3D-modellen plannen of hoeveelheden af te leiden. Anderen zien dan weer het voordeel in van de mogelijkheid om fouten vooraf te ontdekken en deze op voorhand op te lossen in plaats van achteraf op de bouwplaats. Nog anderen verstaan onder BIM louter en alleen de software waarmee de modellen aangemaakt worden. Hoewel geen van deze standpunten op zich fout is, stellen ze telkens slechts één aspect van BIM voorop. Voor ons als Hazet tekenbureau zijn alle hiervoor genoemde elementen van belang.
In essentie vormt BIM een nieuwe manier van samenwerken tussen de partijen die bij het bouwwerk betrokken zijn waarbij het integraal beheren van informatie tijdens de complete levenscyclus van het bouwwerk centraal staat. Bij het gebruik van BIM worden gegevens één keer ingevoerd en zijn voor alle betrokkenen beschikbaar. Via open standaarden wisselen opdrachtgever, architect, adviseurs, aannemer en installateur onderling informatie uit.
In grote lijnen zijn er drie definities van BIM:
Voor de toepassing van BIM bij een bouwproject zijn goede samenwerkingsafspraken nodig. Dit wordt door Hazet tekenbureau vastgelegd in een drietal documenten;
BIM protocol:
Hazet tekenbureau zet uw ontwerp om naar een integraal 3D model. Dat doen we voor zowel woning- als utiliteitsbouw. Zo zorgen we niet alleen voor een het beste gebouw, maar ook voor de beste samenwerking gedurende de ontwikkeling ervan.
BIM-modellen zorgen voor eenduidige communicatie en zijn ze een belangrijk onderdeel van succesvol samenwerken in de keten. Centraal staat daarbij de projectomgeving waar alle partijen hun informatie in kwijt kunnen. Hier kunnen de modellen van de overige partijen, zoals de constructeur en de installateur, worden gekoppeld en kunnen de clash controles worden uitgevoerd. Daarmee kan worden gegarandeerd dat alle partijen optimaal gebruik maken van de beschikbare ruimte.
De diverse modellen en de daarbij behorende informatie zal vervolgens via deze projectomgeving te allen tijde online beschikbaar zijn op PC, tablet of mobiele telefoon.
Naast bovengenoemde aspecten zijn er bij een verbouwing rekening gehouden moeten worden met het bestaande gebouw. Dit gebouw zal veelal nog niet in 3D zijn gemodelleerd.
Om dit model op te zetten zal in eerste instantie gebruik worden gemaakt van archieftekeningen. Dit kunnen tekeningen zijn uit het archief van de opdrachtgever en/of partijen die voor de opdrachtgever werken. Daarbij kan gedacht worden aan installateurs, aannemers etc. Verder zal altijd bij de gemeente worden nagegaan wat er aan bouwaanvraagtekeningen en constructietekeningen beschikbaar is. Afhankelijk van de complexiteit van het gebouw kan er ook voor worden gekozen een 3D-laserscanner (point cloud) in te zetten.
Op gebied van wet- en regelgeving zoals veiligheid, materialen, gezondheid, hygiëne, etc. worden steeds strengere eisen gesteld aan gebouwen en daarmee aan de beheerders van gebouwen om aan deze eisen te voldoen en de naleving hiervan veilig te stellen.
Een 3D model kan daarbij een goede bijdrage leveren om deze processen inzichtelijk te maken en te beheren. Het bouwkundige model kan door de installatieadviseur worden om bijvoorbeeld energieprestaties van een gebouw te verbeteren of de luchtkwaliteit te verbeteren.
Samenwerken in een proces dat tot een goede BIM (Bouw Informatie Model) leidt, vraagt om afspraken. Deze afspraken worden contractueel vastgelegd en hierin is van belang om van tevoren goed af te spreken tot welk detailniveau en binnen welke tijdsafspraken alle betrokkenen per discipline en per fase doorgaan.
Hierover zijn diverse documenten in omloop die momenteel ook druk worden getoetst aan de ‘traditionele’ documenten. Er zijn diverse detailniveaus ofwel Levels of Detail (LOD) en hieronder een korte uitleg over de LOD 000, 100, 200, 300, 400, 500.
Globaal kunnen we aan fasen default verschillende detailniveaus koppelen.
Fasen Detailniveaus
Vraagspecificatie LOD 000, LOD 100
Functioneel Ontwerp LOD 100, LOD 200
Definitief Ontwerp LOD 300
Technische Specificatie / Productievoorbereiding / Uitvoering LOD 400
Oplevering / Gebruik LOD 500
Ruimtelijke objecten (ruimten, volumes) gerelateerd aan gebruiksfuncties met globale afmetingen en onderlinge relaties. Aan de ruimtelijke objecten kan niet-geometrische informatie worden gekoppeld zoals gebruiksfuncties en bijbehorende functionele ruimtespecificaties. Op niveau LOD 000 kan bijvoorbeeld een ruimtelijk programma van eisen worden gemodelleerd (ruimtebehoefte t.b.v. gebruiksfuncties, gekoppeld aan ruimtelijke relaties tussen gebruiksfuncties).
Zodanige modellering van de bouwmassa dat deze een beeld geeft van de ruimtelijke organisatie op het niveau van clusters van gebruiksfuncties, het ruimtebeslag op het terrein, het ruimtebeslag per verdieping, de hoogte, het volume, de plaatsing op het terrein en de oriëntatie.
Ruimtelijke objecten (ruimten) gekoppeld aan gebruiksfuncties inclusief globale afmetingen, oriëntatie en onderlinge relaties. Materiële objecten gemodelleerd als generieke bouwelementen met globale afmetingen, hoeveelheden, vorm, locatie en oriëntatie. Aan de objecten kan niet-geometrisch informatie zijn gekoppeld.
Ruimtelijke objecten (ruimten) met exacte afmetingen en oriëntatie. Materiële objecten zijn gematerialiseerd en accuraat in termen van (afleidbare) hoeveelheden, afmetingen, vorm, locatie en oriëntatie. Aan de objecten is niet-geometrisch informatie gekoppeld. Het model bevat principedetailleringen voor karakteristieke en/of beeldbepalende gebouwdelen, die samen een goed beeld geven van de mogelijke technische uitwerking, c.q. technische oplossingen. Op LOD 300 wordt het bouwwerk niet tot in de kleinste onderdelen in 3D gemodelleerd, maar de onderdelen die wel worden gemodelleerd, moeten exact zijn. Hoeveelheden van niet-gemodelleerde onderdelen moeten afleidbaar zijn (bijvoorbeeld loodslabben, plinten, dagkanten van kozijnen e.d.).
Objecten zijn gematerialiseerd en accuraat in termen van (afleidbare) hoeveelheden, afmetingen, vorm, locatie en oriëntatie en bevatten volledige informatie ten behoeve van de detaillering, de fabricage van componenten in fabrieken en de uitvoering/montage op de bouwplaats. Aan de objecten is niet-geometrisch informatie gekoppeld. Het detailniveau van het BIM is zodanig, dat hieruit (min of meer traditionele) werk- en productietekeningen en borderellen kunnen worden gegenereerd.
Objecten zijn gemodelleerd zoals ze daadwerkelijk zijn uitgevoerd. Het is accuraat in termen van afmetingen, vorm, locatie, hoeveelheden en oriëntatie. Aan de objecten is niet-geometrisch informatie gekoppeld. Het BIM met het detailniveau LOD 500 is een model van het gebouw as built. Het model is geschikt als virtuele gegevensbron voor onderhoud en de werking van het gebouw. Het model as built kan voor verschillende doeleinden worden benut. Bij verbouwingen of bij sloop wil men in beginsel kunnen beschikken over alle gegevens uit het model. Voor ondersteuning van het facility management volstaat meestal een veel kleinere gegevensverzameling. Daarvoor kan dan een gestripte kopie van het model as built worden gebruikt.
Het is soms lastig om de weg te vinden in de grote hoeveelheid informatie. Hieronder in het kort een uitleg van enkele van de meest voorkomende begrippen
BIM is de afkorting van Building Information Modeling en is inmiddels een begrip in de bouw. BIM gaat over het werken met verschillende partijen aan een virtueel of digitaal 3D model van een te bouwen object of gebouw. Als we over BIM praten hebben we het over een 3D model maar ook over het samen werken van partijen zoals architect, constructeur, installateur, adviseurs en aannemer aan datzelfde 3D model. Het model bevat een ontwerp gekoppeld aan informatie die er door de deelnemers is toegevoegd en middels het model wordt gedeeld met alle betrokken partijen. Bim is eenvoudig & complex tegelijkertijd, elk bedrijf wat start met BIM zou klein moeten beginnen en het stap voor stap uitbreiden tot de maximale potentie die BIM in zich heeft.
BIM is ontstaan dankzij de technologische ontwikkeling van de computer, computersoftware, internet en mobiele netwerken. Dankzij krachtige computers, laptops en nu ook de tablet, in combinatie met zeer complexe maar intelligente software en dankzij een zeer snel en draadloos internet of mobiel netwerk zijn we in staat om complexe informatie heel snel en efficiënt met elkaar te delen. Zodoende zijn we sinds kort in staat om met meerdere partijen, op verschillende locaties, met elkaar samen te werken aan 1 virtueel computer model van een te bouwen gebouw.
Als we het over BIM hebben wordt er over een model gesproken dan wel over een methodiek, dit kan enigszins verwarrend overkomen. Om deze onduidelijkheid te voorkomen spreken we ook wel over een BIM model en de BIM methodiek. Het BIM model bestaat dus uit een virtueel 3D model gekoppeld aan een database, dit model moet gemodelleerd zijn in een daarvoor geschikt programma zoals Revit. De BIM methodiek gaat over het uitwisselen van informatie, communiceren en samenwerken tussen de verschillende partijen met behulp van dit BIM model.
Revit is een modelleerprogramma ontwikkeld door autodesk. Er bestaat een Revit architecture, Revit structure en een Revit MEP, elk programma heeft zo zijn eigen kenmerken maar gezamenlijk zorgen ze ervoor dat alle partijen binnen een bouwproject binnen 1 model met elkaar kunnen samenwerken.
BIM en alles wat met BIM samen gaat is op dit moment een HOT-topic in de bouw. Dankzij de technologische ontwikkelingen zijn we in staat om veel efficiënter met elkaar samen te werken en informatie te delen, alles gebeurd in realtime, online en digitaal. Dit heeft wel tot gevolg dat naast de technologische vooruitgang er ook een organisatorische vooruitgang moet komen, er moeten andere afspraken gemaakt worden ten aanzien van werkzaamheden, uitwisselen van informatie, verantwoordelijkheden & aansprakelijkheid dan dat in de bouw gebruikelijk was, zo ontstaan er nieuwe werkvormen & contractvormen zoals bijvoorbeeld het ‘design and build’contract concept.
Binnen een programma als Revit spreken we niet meer over tekenen maar over modelleren. We trekken geen lintjes meer maar bouwen een virtueel model bestaande uit virtuele bouwdelen. Al deze bouwdelen vormen het gebouw zoals dat uiteindelijk gebouwd gaat worden. De bouwdelen kunnen we in het programma ook benoemen en zodoende koppelen aan een database. We spreken over Family’s, Type’s en Instances, deze bouwdelen kunnen we aanpassen, vervangen en uitwisselen met andere partijen binnen het bouwteam. Revit is ook nog eens een dusdanig intelligent programma dat het verbanden ziet tussen bouwdelen en deze automatisch aanpast als er wat veranderd. Bouwdelen kunnen ook gekoppeld worden aan een bouwfase. Zo kan bij een renovatie project de bestaande toestand gemodelleerd worden, daarna kunnen binnen hetzelfde model bouwdelen afgebroken, aangepast of toegevoegd worden zodat uiteindelijk het nieuwe gerenoveerde gebouw ontstaat.
Om meer duidelijkheid te geven over de mate waarin BIM wordt toegepast binnen een organisatie of project zijn er twee varianten benoemd, little BIM en de big BIM variant. Little BIM houdt in dat je vooral het BIM model maakt voor eigen gebruik en dat er in mindere mate sprake is van delen en uitwisselen van het BIM model met andere partijen. Er worden uiteraard wel tekeningen ed. vervaardigd vanuit het BIM model. Little BIM is vaak de eerste stap die een organisatie zet binnen het hele BIM concept. Bij big BIM wordt het model gedeeld en gebruikt door meerdere partijen, er wordt dus tegelijkertijd binnen 1 model gewerkt door bijvoorbeeld de architect, constructeur en installateur. Bij big BIM moeten goede afspraken gemaakt worden hoe samen in 1 model te werken, een uitdaging daarbij is dat het ook nog mogelijk is om met verschillende software programma’s te werken. Inmiddels zijn er in Nederland een aantal projecten voltooid volgens het big BIM principe.
LOD staat voor Level Of Development en deze wordt aangeduid met de volgende niveaus LOD100, 200, 300, 400, t/m LOD 500. LOD gaat over de mate van informatie die bekend is over een bepaald bouwdeel. Het niveau LOD 100 betreft basic informatie en op het niveau van LOD 500 ken je elk aspect van dat bouwdeel. In de planvorming beginnen we vaak met een homogene gebouw massa (LOD100) en eindigen we met product gerelateerde informatie, zoals materiaal, fabricaat, type of merk (LOD500). Gaande weg in het ontwikkel proces vergaren we meer informatie en kunnen we specifiekere informatie toevoegen aan het model. Bim & LOD gaat dus over de afspraken die partijen onderling moeten maken op welk LOD niveau het Bim model moet zijn tijdens een bepaalde fase in het ontwikkeltraject.
Doordat in een BIM model alle partijen kunnen samenwerken en digitaal hun bouwelementen kunnen samenvoegen kan in een vroeg stadium gekeken worden waar mogelijke problemen ontstaan of te verwachten zijn. Hierdoor kunnen bouwfouten opgespoord en aangepast worden voordat ze voor een duur probleem zorgen op de bouwplaats. Het opsporen van dit soort problemen noemt men ‘clash detection’. In Nederland wordt er gemiddeld per bouwproject voor 11% van de bouwsom toegerekend aan bouwfouten, middels een BIM model en werkmethodiek kan dit significant gereduceerd worden.
Omdat er meerdere software pakketten zijn waarin een BIM model gemodelleerd kan worden, en het mogelijk is dat binnen een projectgroep de verschillende deelnemers met een ander pakket werken is er de noodzaak voor een open BIM. Open BIM is niks anders dan verschillende BIM pakketten die via een IFC ’ Industry foundation classes’ met elkaar kunnen communiceren. Ook hierbij geldt dat er wel goede afspraken moeten worden gemaakt hoe de verschillende programma’s via de IFC met elkaar kunnen communiceren.
De ideale BIM werkmethodiek vraagt om samenwerking tussen de deelnemende partijen, ketenintegratie lijkt dus een goede strategie om het maximale rendement uit een BIM model & methode te halen. Ketenintegratie en faalkosten reductie zijn kernbegrippen binnen de Lean bouwmanagement processtrategie. BIM & Lean gaan dus hand in hand.
Vanuit een BIM model kunnen standaard plattegronden, aanzichten, doorsneden, visualisaties, renderingen, kozijnstaten en oppervlaktes gegenereerd worden net als elk ander CAD-programma. Er kan echter ook een gbXML bestand aangemaakt worden, deze bevat informatie over de locatie, oriëntatie, volumes en andere eigenschappen van het model. Het gbXML bestand vormt de basis om bijvoorbeeld een GPR-gebouw, Greencalc, EPN of Bream rapport op te stellen.